De SP vindt dat Rotterdam Noord er maar bekaaid afkomt binnen het ov-verkeer. Volgens raadslid Coskun vindt het bovendien onwenselijk voor de winkeliers. Het eerste faillissement kon hij al melden.
Bovendien zie je wat er van komt als lijn 8 daar uit het straatbeeld verdwijnt. Dan wordt de Zaagmolenstraat een racebaan. Zelfs de fietsers gaan vier keer zo hard rijden. Coskun wil lijn 8 er niet missen. De bewoners van de Zaagmolenstraat weten niet beter dan dat het daar druk is. Dat was al in de oertijd van lijn 10 en lijn 22.
De verkeerswethouder daarentegen bezwoer met de hand op z’n hart dat de wijkraad het juist geweldig vond dat lijn 8 die veel te smalle Zaagmolenstraat verlaat. Maar GroenLinks had op haar beurt op bezoek bij de wijkraad weer iets heel anders waargenomen, namelijk het vurige verlangen dat de auto uit de Zaagmolenstraat zou ophoepelen en dus niet lijn 8.
Is er nou wel of geen sprake van ov-verschraling in Rotterdam?
Een behoorlijke, vond de Jongere Ouderen Unie. Nee hoor, repliceerde raadslid Van Wifferen van D66, die het opnam voor de verkeerswethouder en juist over een toename sprak. Vooral op Zuid.
Ja maar dat is toezegging, antwoordde Ellen Verkoelen van de Jongere Ouderen Unie met stemverheffing, ‘’wat kan mij een toezegging schelen? Dat is papierwerk, we leven nu.’’
Daar bleef het niet bij tijdens het gekrakeel over de wijzigingen in het trambestel in Rotterdam, want de SP zei vervolgens niet te snappen waarom Noord zo de dupe moest worden van Zuid. Toen was het even stil.
Wel vond D66 dat Zuid jarenlang slecht bereikbaar was geweest en dat de meeste tramrailsen, die lagen in het Westen van de stad. Van die kant dus een bravo voor het gemeenteraadsbesluit van 2023 over de inkorting van de tramlijnen 7, 4 en 8. Meer Zuid. Minder Noord en West. Niet eens uit bezuiningsoverwegingen, maar vooral omdat sommige trajecten incourant werden en er bovendien in Rotterdam West te veel fietsers in de railsen terecht kwamen.
“Ach”, sprak verkeerswethouder Lansink-Bastemeijer op de gemelde klachten die de SP en de Jongere Unie hadden gelezen en opgeteld. “U weet hoe dat gaat. Mensen moeten altijd aan alles wennen. Alleen als het hen niet bevalt klimmen ze in de pen.’’
En ook niet zeuren over te weinig haltes, want 800 meter tussen elke is een landelijke standaard. ‘’Wacht maar tot je een veteraan bent’’, zag je Verkoelen van de Jongere Ouderen Unie denken, ‘’dan piep je wel anders.’’ Maar ze zei het niet.