GroenLinks in Rotterdam wil komende donderdag tijdens de gemeenteraadsvergadering met steun van de PvdA, SP en Leefbaar Rotterdam woonwethouder Zeegers ertoe bewegen om de huren in de sociale sector vanaf juli 2025 niet te laten stijgen conform de landelijke regels.
Raadslid Kockelkoren vindt zelfs een huurstijging van 4,5% al veel te veel voor sociale huurders, terwijl die richtlijnsgewijs meestal maximaal 5% tot 5,8% bedraagt en voor zelfstandige woningen in sommige gevallen € 25 tot € 100. De maximale verhoging van 5,8% geldt ook voor kamers, woonwagens en standplaatsen.
Met het verzoek conformeert Kockelkoren zich aan de wensen van de Woonbond, die in een brief aan de gemeente Rotterdam vraagt om de huurstijging te beperken tot maximaal 3,3% (de inflatie in 2024). Donderdag zal er van de kant van de VVD ongetwijfeld uitleg komen waarom de huiseigenaren de landelijke regeling billijker vinden omdat ook zij te maken hebben met prijsstijgingen in het onderhoud. Ook aan hun opgevoerde fiscale verplichtingen gaan de raadsleden Kockelkoren (GL), Engberts (PvdA), Coskun (SP) en Bruin (Leefbaar) volkomen voorbij.
Huurders in de vrije sector mogen in 2025 maximaal 4,1 procent huurverhoging krijgen. In de middenhuur ligt dit maximum vanaf 1 januari 2025 op 7,7 procent en in de sociale huur vanaf 1 juli 2025 op 5,0 procent. In de vrije sector is wettelijk vastgelegd dat de huur mag stijgen met inflatie of CAO-loonontwikkeling.
Vanaf 2026 wordt de maximale jaarlijkse huurstijging gekoppeld aan een driejaarsgemiddelde van de inflatie. Dit zal ook wettelijk worden vastgelegd. Hierdoor varieert de huurstijging minder sterk per jaar.