De provincie Zuid-Holland heeft opnieuw opdracht gegeven om alle damherten in de Hoeksche Waard te laten afschieten, tot grote verontwaardiging van de Partij voor de Dieren. Volgens de provincie vormen de damherten een gevaar voor het verkeer en veroorzaken ze schade aan landbouwgewassen. De Partij voor de Dieren verzet zich hier fel tegen en spreekt van onnodig dierenleed. Dit besluit komt nadat de provincie eerder door de rechter was teruggefloten, maar desondanks houdt de provincie vast aan het plan om de dieren te verwijderen.
De provincie stelt dat de damherten voor gevaarlijke verkeerssituaties zorgen en landbouwschade veroorzaken. Hoewel er geschat wordt dat er ongeveer zestig damherten in het gebied leven, geven de tellingen uit 2022 aan dat er slechts zestien dieren zijn. Volgens de rechter gaat het om inheemse beschermde dieren, maar de provincie beschouwt ze als verwilderde dieren, wat hun beslissing om in te grijpen rechtvaardigt. Toch stelt de Partij voor de Dieren dat de vermeende overlast sterk wordt overdreven. De partij wijst erop dat er in de afgelopen jaren slechts drie verkeersongelukken met damherten hebben plaatsgevonden, en dat er in deze gevallen geen schade werd gemeld. Ze benadrukken bovendien dat het gebied in kwestie weinig verkeer kent, waardoor het risico beperkt blijft.
De Partij voor de Dieren heeft opnieuw schriftelijke vragen gesteld aan het provinciebestuur om te achterhalen welke maatregelen er zijn getroffen om de verkeersveiligheid te verbeteren. Ze pleiten voor alternatieven zoals duidelijke waarschuwingsborden en een verlaging van de maximumsnelheid in het gebied. Volgens de partij zouden deze oplossingen voldoende moeten zijn om het aantal ongelukken te beperken, zonder dat er damherten gedood hoeven te worden.
De partij vraagt zich af waarom er geen diervriendelijke maatregelen zijn onderzocht, zoals het verplaatsen van de dieren of andere preventieve methoden. Veel bewoners van de Hoeksche Waard delen deze zorgen en spreken zich uit tegen het beleid van de provincie. Zij vinden dat de damherten een waardevol onderdeel van de lokale natuur zijn en dat ze in het gebied thuishoren.
Carla van Viegen, fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in Zuid-Holland, uit haar ongenoegen over het besluit. Ze noemt het "onbegrijpelijk" dat de provincie kiest voor een oplossing die zo dieronvriendelijk is, zeker gezien het feit dat de verantwoordelijke gedeputeerde van GroenLinks is. Van Viegen benadrukt dat er genoeg mogelijkheden zijn om de overlast aan te pakken zonder de dieren af te schieten.