De Tweede Kamer heeft tijdens een debat over het Integraal Zorgakkoord (IZA) haar zorgen geuit over het besluit van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) om zich terug te trekken uit het akkoord. Kamerleden van zowel de oppositie als de coalitie vroegen zich af hoe de ambities van het akkoord kunnen worden gerealiseerd zonder de betrokkenheid van gemeenten. Minister Agema en staatssecretarissen Karremans en Maeijer (VWS) verdedigden de voortgang, maar benadrukten ook het belang van samenwerking met gemeenten.
De VNG besloot vorige week zich terug te trekken omdat ze zich niet als gelijkwaardige partner aan tafel voelen en vanwege zorgen over de financiële haalbaarheid. Staatssecretaris Karremans gaf aan dat er deze week opnieuw gesprekken plaatsvinden om de gemeenten terug te krijgen, terwijl minister Agema wees op het ministerie van Binnenlandse Zaken als verantwoordelijke voor de financiële zorgen.
Kamerleden spraken hun twijfels uit over de haalbaarheid van het IZA zonder de inzet van gemeenten. Vooral de uitbreiding van het akkoord richting welzijn en preventie lijkt lastig uitvoerbaar zonder hun actieve betrokkenheid. Kamerlid Paulusma (D66) stelde dat het akkoord tot nu toe te veel gericht lijkt op ziekenhuiszorg en onvoldoende integraal is. Daarnaast vroeg zij om meer aandacht voor de krapte op de arbeidsmarkt in de zorg, een onderwerp dat over twee weken verder besproken wordt.
Andere Kamerleden, zoals Claassen (PVV) en Tielen (VVD), lieten eveneens kritische geluiden horen. Claassen betwijfelde of een uitbreiding van het akkoord wenselijk is, terwijl Tielen pleitte voor betere monitoring van de voortgang, met name op het gebied van betaalbaarheid en toegankelijkheid van de zorg.
Het ministerie van VWS heeft aangekondigd begin volgend jaar nieuwe plannen te presenteren voor de uitbreiding van het IZA. Hierin moet welzijn een grotere rol krijgen om de zorg toekomstbestendiger te maken. ActiZ, de branchevereniging van zorgorganisaties, dringt ondertussen aan op een versterking van preventieve zorg om de druk op ziekenhuizen en huisartsen te verminderen. Volgens bestuurslid Jeroen van den Oever kan meer aandacht voor preventie bijdragen aan het behouden van de kwaliteit en toegankelijkheid van zorg, ondanks de afname van zorgprofessionals en de toenemende vraag door een vergrijzende bevolking.
De Kamer blijft kritisch en heeft nog een tweeminutendebat aangekondigd waarin moties kunnen worden ingediend om de koers van het beleid bij te sturen. Of de gemeenten op korte termijn terugkeren aan de onderhandelingstafel, blijft vooralsnog onzeker.