Het Oogziekenhuis Rotterdam voert momenteel twee wetenschappelijke onderzoeken uit naar glaucoomimplantaten. Arts-onderzoeker Ionela Popescu leidt deze studies, die zich richten op de effecten van implantaten op de endotheelcellen van het hoornvlies. Voor beide onderzoeken zijn in totaal ongeveer 360 deelnemers nodig.
In de eerste studie wordt onderzocht of de plaatsing van een Paul-implantaat voor of achter de iris verschil maakt. Het tweede onderzoek vergelijkt de effecten van een Baerveldt- en een Paul-implantaat in de voorste oogkamer op de endotheelcellen. Beide implantaten worden wereldwijd al regelmatig toegepast.
Volgens Popescu blijkt het soms lastig om voldoende deelnemers te vinden, omdat sommige patiënten bang zijn als 'proefkonijn' te worden gebruikt. Ze benadrukt dat deze angst ongegrond is: "De studies zijn uitgebreid getoetst door een medisch ethische commissie en volledig veilig voor de patiënt." De onderzoeken brengen geen extra risico's met zich mee vergeleken met reguliere glaucoomoperaties.
Deelname aan het onderzoek vraagt vier tot vijf extra controleafspraken, die meestal gecombineerd worden met reguliere controles bij de oogarts. Tijdens deze afspraken worden onder meer foto's gemaakt om endotheelcellen te tellen en worden mogelijke complicaties gemonitord.
Drie deelnemers aan het onderzoek delen hun ervaringen. De 77-jarige Geert Hoelen, zelf biochemicus, noemt zijn bijdrage "een klein beetje bijdragen aan de wetenschap." Paula Boer-Slee (74) deed mee met het oog op toekomstige generaties: "Mijn kinderen en kleinkinderen moeten zich straks ook laten nakijken op glaucoom." Frank Quispel (64) bevestigt dat de extra metingen en onderzoeksdagen geen probleem vormden.
Patiënten die in aanmerking komen voor een glaucoomoperatie in Het Oogziekenhuis Rotterdam kunnen deelnemen aan het onderzoek, mits zij voldoen aan bepaalde criteria. Mensen met een hoornvliesaandoening komen niet in aanmerking.