De provincie Zuid-Holland is een onderzoek gestart om te achterhalen welke stoffen via indirecte lozingen in het oppervlaktewater terechtkomen en wat er nodig is om de waterkwaliteit te verbeteren. Samen met de omgevingsdiensten worden afvalwaterstromen van veertig bedrijven in kaart gebracht. De uitkomsten van dit onderzoek zullen worden gebruikt om de regionale aanpak voor indirecte lozingen te optimaliseren.
Volgens de provincie is de waterkwaliteit in de provincie momenteel onvoldoende. Dit vormt een groot probleem voor de drinkwatervoorziening, de volksgezondheid, de industrie en de landbouw. Ze benadrukken dat bedrijven een belangrijke rol kunnen spelen in het verbeteren van de waterkwaliteit.
Indirecte lozingen betreffen stoffen die via het riool in het oppervlaktewater terechtkomen, vaak als gevolg van bedrijfsactiviteiten. Denk aan afvalwater met chemische stoffen dat via het riool naar waterzuiveringsinstallaties stroomt. Hoewel het water hier wordt gezuiverd, kunnen restanten alsnog in sloten, rivieren en meren terechtkomen. Bedrijven zijn verplicht om zich bij deze lozingen aan strikte regels te houden, met name die van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Deze richtlijn heeft als doel de waterkwaliteit in Europa te verbeteren.
Het onderzoek richt zich op bedrijven in verschillende sectoren verspreid over Zuid-Holland. De vijf betrokken omgevingsdiensten – waaronder DCMR Milieudienst Rijnmond en Omgevingsdienst Haaglanden – nemen afvalwatermonsters en analyseren welke stoffen het water vervuilen. Dit helpt inzicht te krijgen in de impact van bedrijfsafvalwater op de waterkwaliteit. Gemeenten en waterschappen worden nauw betrokken bij het onderzoek, waarbij zij als adviseurs voor de waterkwaliteit optreden.
Bedrijven die deelnemen aan het onderzoek ontvangen een rapport met de analyseresultaten. Op basis hiervan wordt per bedrijf bekeken of vervolgacties nodig zijn. De verzamelde gegevens dragen bij aan de verdere ontwikkeling van het beleid voor afvalwaterbeheer in Zuid-Holland. Het onderzoek, dat loopt tot het voorjaar van 2025, is een belangrijke stap in het realiseren van schoner water in de provincie.