De transactieprijzen van bestaande koopwoningen in Rotterdam zijn in het vierde kwartaal van 2024 met 9,4 procent gestegen ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS en het Kadaster. De stijging in Rotterdam ligt dicht bij het landelijk gemiddelde van 11,5 procent.
Met een nieuwe berekeningsmethode heeft het CBS de prijsontwikkelingen voor 310 Nederlandse gemeenten in kaart gebracht. Uit deze gegevens blijkt dat de woningprijzen in bijna alle gemeenten zijn gestegen. In slechts vier gemeenten - Noord-Beveland, Vught, Dinkelland en Nederweert - was sprake van een daling.
De gemeente Edam-Volendam kende de sterkste prijsstijging met 20,8 procent, gevolgd door Heemskerk (16,9 procent) en Utrecht (16,4 procent). De grootste daling werd geregistreerd in Noord-Beveland, waar de huizenprijzen met 5,0 procent afnamen.
Uit de data blijkt verder dat de meeste grote gemeenten, waaronder Rotterdam, rond het tweede of derde kwartaal van 2022 een piek in de huizenprijzen bereikten, waarna ongeveer een jaar lang een daling volgde. Daarna begon een nieuwe stijging. In kleinere gemeenten was deze dip in 2022 vaak minder zichtbaar of afwezig - daar vlakten de prijsstijgingen slechts tijdelijk af.
De cijfers maken onderdeel uit van de Prijsindex Bestaande Koopwoningen (PBK), die corrigeert voor verschillen in woningtype en -kwaliteit. Deze index geldt als de officiële indicator voor prijsontwikkelingen op de woningmarkt, in tegenstelling tot de gemiddelde transactieprijs, waarin niet voor deze factoren wordt gecorrigeerd.
