Het ziet er naar uit dat er binnenkort in de gemeenteraad van Rotterdam gestemd gaat worden over de wens van de fractie van het CDA om de clubleiding van Feyenoord te vragen nu eens één duidelijke gedragscode te formuleren waaraan supportersverenigingen zich formeel moeten verbinden. Pas als ze die ondertekenen mogen ze worden gezien als samenwerkingspartners.
‘’Normen voor gedrag van supporters zijn er misschien wel, maar niet in één duidelijke gedragscode. En als die er formeel is, is dat een goed middel om verbinding daaraan te eisen van samenwerkingspartners, zoals bijvoorbeeld supportersverenigingen’’, vond raadslid René Segers-Hoogendoorn tijdens de behandeling van het vraagstuk Veiligheid en Inclusiviteit in relatie tot de wedstrijddagen van Feyenoord en de overlast van supporters in de omliggende wijken.
‘’Bij een grote maatschappelijke waarde past ook een grote maatschappelijke verantwoordelijkheid’’, voegde Segers-Hoogendoorn toe aan zijn pleidooi.
De Rotterdamse raadsleden voerden overigens een hopeloze discussie over het supportersgedrag. Het vraagstuk is al vijftig jaar oud zonder oplossing. Ook nu kwam men in de raadzaal niet tot het ei van Columbus. Wel bleek iedereen hoop te hebben en te houden in een verfrissende aanpak van de nieuwe burgemeester, omdat de relatie tussen Feyenoord en haar voorganger, maar ook de relatie tussen de supporters van Feyenoord en Aboutaleb finaal was verstoord.
Dat Feyenoord emotie blijft, was ook de in raadscommissie weer goed hoorbaar. Ceulemans (Leefbaar) en Van Wifferen (D66) waren een uurtje lang allesbehalve vriendelijk voor elkaar en toen Denk wat al te afstandelijk reageerde op de VARA-kwestie over de Roze Kameraden ontplofte ook Verkoelen van de Jongere Ouderen Unie. Later zei ze: ‘’Denk heeft het altijd over inclusie, altijd over het feit dat er gediscrimineerd wordt. Als LHBTIQUA+ ter sprake komt, zegt men: zullen we weer gewoon doen? Maar is een straatbeeld vol met hoofddoekjes dan wel gewoon?’’