De rechtbank Rotterdam heeft besloten het UWV meer tijd te geven om besluiten te nemen in zaken waarin medische adviezen van verzekeringsartsen noodzakelijk zijn. Aanleiding is het aanhoudende tekort aan verzekeringsartsen bij het UWV-kantoor in Rotterdam, wat ertoe leidt dat niet in alle gevallen tijdig kan worden beslist. In drie zaken die bij de rechtbank aanhangig waren gemaakt vanwege te late besluitvorming, oordeelt de rechter dat het beroep terecht is, maar wijkt zij af van de wettelijk voorgeschreven termijn van twee weken voor een besluit.
In de betreffende zaken ging het onder andere om een verzoek tot herbeoordeling van arbeidsongeschiktheid op basis van de Wet WIA en een bezwaar tegen het stopzetten van een Ziektewetuitkering. De rechtbank stelt nu dat het UWV in dit soort gevallen 30 weken de tijd krijgt voor zaken die werknemers aangaan, en 40 weken voor zaken van werkgevers. Daarbij geldt een dagdwangsom van honderd euro, met een maximum van vijftienduizend euro, als het UWV opnieuw te laat beslist.
De rechter maakt hiermee onderscheid tussen de belangen van werknemers en werkgevers. Voor werknemers gaat het om directe inkomenszekerheid, terwijl het bij werkgevers vooral draait om financiële aspecten zoals premievoordelen. De langere termijn moet voorkomen dat een onhaalbare deadline leidt tot onzorgvuldige besluitvorming.
De nieuwe termijnen gelden alleen voor beroepen die na deze uitspraak worden ingediend. Voor al lopende procedures blijft een kortere termijn gelden: acht weken voor werknemers en achttien weken voor werkgevers, gerekend vanaf de dag na verzending van de uitspraak.
Met deze uitspraken probeert de rechtbank enerzijds het UWV te stimuleren om sneller te beslissen, en anderzijds rekening te houden met de huidige personele beperkingen. Toch plaatst de rechtbank ook een kanttekening. Volgens de rechter kunnen de beroepsprocedures ertoe leiden dat zaken zonder zo’n beroep juist vertraging oplopen. Dat zou de ongelijkheid tussen dossiers vergroten.
De rechtbank roept de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op om snel werk te maken van een structurele oplossing. Daarbij wordt onderzocht of de dwangsomregeling in dit soort UWV-zaken kan worden opgeschort zolang een medisch advies noodzakelijk is. De rechtbank dringt aan op spoed bij dit onderzoek, gezien de structurele aard van het probleem.