Huishoudens met zonnepanelen gaan opnieuw meer betalen voor het terugleveren van stroom aan het elektriciteitsnet. In slechts vier maanden tijd zijn de gemiddelde terugleverkosten met bijna tien procent gestegen. Dit blijkt uit een analyse van Overstappen.nl, waarin 21 energieleveranciers zijn vergeleken. Vooral kleinere huishoudens merken deze stijging direct op hun energierekening.
Energieleveranciers brengen steeds vaker kosten in rekening voor stroom die wordt teruggeleverd aan het net. Deze terugleverkosten zijn inmiddels een vast onderdeel van het energiecontract voor huishoudens met zonnepanelen. In augustus liggen de kosten fors hoger dan in maart van dit jaar. Bij een huishouden met zeven zonnepanelen stegen de jaarlijkse kosten van gemiddeld €277,28 naar €331,58. Bij twaalf zonnepanelen liep dit op van €464,17 naar €535,02. De stijgingen komen neer op respectievelijk 19,6 en 15,3 procent. Huishoudens met zeventien panelen zien een bescheidenere stijging van 2,8 procent.
Niet elke energieleverancier verhoogt de tarieven in gelijke mate. Mega, Vattenfall en Pure Energie voerden de meest opvallende verhogingen door, tot meer dan €100 binnen vier maanden. Bij Coolblue Energie geldt een afwijkende structuur: klanten met zonnepanelen betalen daar €1097,86 per jaar via de vaste leveringskosten, ongeacht het aantal panelen. Dat bedrag ligt ruim €980 hoger dan voor klanten zonder zonnepanelen. Energiedirect, ENGIE en Essent lieten hun tarieven gelijk, terwijl Eneco en Oxxio de kosten zelfs verlaagden. Het verschil tussen leveranciers groeit, waardoor vergelijken voor zonnepaneelbezitters belangrijker wordt.
Volgens energie-expert Tom Schlagwein hebben energieleveranciers te maken met zogeheten onbalanskosten, die ontstaan door het overvolle stroomnet. Deze kosten worden steeds vaker doorberekend aan zonnepaneelbezitters, wat leidt tot hogere terugleverkosten. Met het verwachte einde van de salderingsregeling in zicht, wordt de terugverdientijd van zonnepanelen langer. Schlagwein verwacht dat de terugleverkosten voorlopig verder zullen stijgen, zolang het net overbelast blijft en de onbalanskosten niet dalen.