Zorginstituut Nederland gaat nieuwe obesitasmedicijnen zoals Wegovy en Mounjaro alleen beoordelen voor mensen met de hoogste ziektelast. De medicijnen komen voorlopig uitsluitend in aanmerking voor vergoeding uit het basispakket voor twee specifieke patiëntengroepen: mensen met een BMI vanaf 30 die ook ziektes hebben die samenhangen met obesitas, en mensen met ernstige of zeer ernstige obesitas met een BMI vanaf 35.
De getrapte aanpak heeft brede steun van zorgprofessionals, patiëntenverenigingen en zorgverzekeraars. Zij hebben het afgelopen jaar als deelnemers aan de Ronde Tafel Obesitas met het Zorginstituut meegedacht over deze werkwijze. Voor beide patiëntengroepen gaat het om mensen met grote gezondheidsproblemen die veroorzaakt worden door hun obesitas.
Vorig jaar adviseerde het Zorginstituut nog negatief over de vergoeding van Wegovy. Hoewel het middel gewicht vermindert, was veel onduidelijk over bijwerkingen en het effect op lange termijn. Daardoor kon niet worden beoordeeld of de prijs in een redelijke verhouding stond tot de gezondheidswinst. Ook was onvoldoende duidelijk welke patiënten het meeste baat bij het middel zouden hebben.
Het Europees Medicijnen Agentschap staat toe dat mensen het middel gebruiken vanaf een BMI van 27 en tenminste één gerelateerde aandoening. In Nederland gaat het dan om 4,1 miljoen mensen. De kosten kunnen daardoor in theorie oplopen tot 10 miljard euro per jaar. Het Zorginstituut schatte vorig jaar het aantal mensen in de praktijk lager in, omdat mensen eerst een gecombineerde leefstijlinterventie moeten volgen en niet iedereen de medicijnen zou willen gebruiken. De kosten werden daarmee geraamd op 1,3 miljard euro per jaar.
Met de nieuwe aanpak kijkt het Zorginstituut eerst naar patiënten die al ernstige obesitas hebben of ook andere ziektes hebben ontwikkeld als gevolg van hun overgewicht. Voor deze groepen is op dit moment het meeste bewijs beschikbaar dat de behandeling tot verbeteringen in de gezondheid kan leiden. Het gaat om ziektes zoals chronische nierschade, hartfalen en slaapapneu.
Nog steeds betreft het een zeer grote groep patiënten, naar schatting ruim 1 miljoen. Als blijkt dat de geneesmiddelen hun geld waard zijn, kan de groep patiënten die voor vergoeding in aanmerking komt in de toekomst mogelijk worden uitgebreid. Eerst moet meer informatie uit onderzoeken beschikbaar komen.
Voorzitter Mark Janssen van het Zorginstituut waarschuwt voor het onnodig medicaliseren van een grote groep mensen. Hij pleit voor veel meer aandacht voor preventie en daarnaast een stapsgewijze invoering van obesitasmedicijnen als dit tot gezondheidswinst voor de maatschappij leidt. Volgens Janssen kan medicaliseren zonder de échte oorzaak van obesitas aan te pakken de toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg zwaar onder druk zetten, gezien de grote aantallen patiënten en de personeelsschaarste in de zorg.